Afgelopen januari oordeelde de rechter dat Aldi ernstig verwijtbaar heeft gehandeld in een arbeidsconflict zaak die een werkneemster aanspande. De werkgever moet twee ton schadevergoeding betalen.

Aldi heeft het arbeidscontract opgezegd wegens langdurig ziekteverzuim van de werkneemster. Het hof oordeelt dat de werkgever ernstig verwijtbaar heeft gehandeld. De werkneemster had na 22 jaar dienstverband gesolliciteerd naar een hogere functie. Haar leidinggevende, die op dat moment met verlof was, nam haar kwalijk dat zij hem hiervan niet op de hoogte had gesteld. Ze kreeg de baan niet, maar werd wel ingedeeld bij een High Potential coachingsprogramma. Daar maakte ze goede vorderingen, zo bleek uit een later rapport van de coach. Begin dat jaar riep haar leidinggevende haar echter plots op voor een beoordelingsgesprek. Haar beoordeling was minder goed dan de voorgaande jaren. De onderbouwing daarvan bleef uit, en op de vragen van de werkneemster naar feiten, gaf haar leidinggevende het aan als “dat is mijn gevoel”. Vervolgens bericht de werkneemster personeelszaken over structureel pestgedrag en intimidatie.

Bedrijfsarts adviseert mediation

De daaropvolgende periode vinden gesprekken plaats tussen de directie, leidinggevende en werkneemster, die constructief lijken. Maar na een nieuwe aanvaring tussen beiden meldt medewerkster zich ziek. De bedrijfsarts adviseert mediation conform de STECR richtlijn. Het kennismakingsgesprek vindt plaats, maar leidinggevende weigert een verder traject. Werkneemster probeert zelfmoord te plegen. Zij meldt Aldi dat “dat leidinggevende zijn intimiderend en pestend gedrag niet heeft gestaakt, dat ze het idee heeft dat Aldi dit ten onrechte ziet als “ruis in de communicatie”, dat zij het alleen niet redt met leidinggevende, dat leidinggevende geen mediation wilde, dat Aldi niet heeft meegewerkt aan het inschakelen van deskundige hulp en dat het ontbreken van belangstelling vanuit Aldi tijdens ziekte haar heeft gekwetst.”

Een half jaar later geeft de bedrijfsarts weer aan dat het tijd lijkt te zijn voor mediation. Dat advies wordt drie keer herhaald. Het re-integratietraject start. De case manager daarvan is echter dezelfde leidinggevende, waar werkneemster van aangeeft dat hij haar re-integratie moeilijk maakt. Na diverse gesprekken wordt dit gewijzigd en wordt de directeur casemanager. Zowel de verzekeringsarts als het UWV concluderen dat er te veel tijd zit tussen de voorgestelde mediation en re-integratie en de daadwerkelijke aanvang hiervan. De re-integratie verloopt helaas niet zoals gehoopt en de bedrijfsarts adviseert dringend mediation en een tweedespoorbenadering. Hier wordt door Aldi geen gehoor aan gegeven.

Ernstig geëscaleerd arbeidsconflict

Vervolgens doet werkneemster een tweede zelfmoordpoging en valt weer volledig uit. De echtgenoot van werkneemster verstrekt bandopnamen van conversaties met de leidinggevende. Deze worden onderzocht door een extern onderzoeksbureau dat stelt “dat er sprake is van een ernstig geëscaleerd arbeidsconflict“. Leidinggevende wordt vervolgens overgeplaatst naar een andere vestiging. Inmiddels is er vijf jaar verstreken. Het UWV verleent Aldi toestemming het contract te beëindigen wegens langdurig ziekteverzuim. De werkneemster stelt dat Aldi een billijke vergoeding verschuldigd is en aansprakelijk is voor haar schade. In hoger beroep wordt dit toegekend.

Verwijtbaar handelen

Het hof acht bewezen dat Aldi vanaf de ziektemelding ernstig verwijtbaar heeft gehandeld. Onder andere door:

  • De door de bedrijfsarts geadviseerde mediation is niet tot stand gekomen en hoofd PZ heeft het daarbij gelaten;
  • Aldi heeft het advies van de bedrijfsarts om een ander dan de leidinggevende het re-integratietraject te laten begeleiden, naast zich neergelegd;
  • De re-integratieverplichtingen zijn onvoldoende nagekomen;
  • Indien de re-integratieverplichtingen nagekomen waren, is aannemelijk dat de opzegging van het arbeidscontract niet nodig was.

Aldi moet werkneemster van het Hof een billijke vergoeding van 200.000,- betalen en de proceskosten vergoeden.

Deze zaak en de gebruikte quotes zijn terug te lezen op www.rechtspraak.nl: https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:GHSHE:2021:239&